Raoul de Jong

Gesprek over geheime literaire genootschappen, slavernijcultuur, jaguarjacht en de relatie tussen queer en winti.

tekst: Mark Boninsegna
fotografie: Rick Arnold

‘De setting waarin het gesprek plaatsvindt, lijkt op een scene uit een Tarantino-film’ – Mark

MARK Of ik Raoul de Jong wil interviewen? De vraag van de hoofdredacteur was kort en simpel, waar een eveneens makkelijk en nog korter antwoord op mogelijk was: ‘Ja!’ De opdracht voor het interview, die ik daarna meekreeg, was daarentegen een stuk ingewikkelder: ‘Raoul interviewt zichzelf. Jij bent dus ook Raoul’.

We spreken af in Verhalenhuis Belvédère op Katendrecht, aka De Kaap, waar mensen in vervlogen tijden vertrokken op zoek naar geluk in andere delen van de wereld en waar anderen aankwamen en hier hun geluk trachtten te vinden. Het interview vindt plaats in een kamer op de derde verdieping van de onder meer voormalige jazzclub uit de jaren dertig van de vorige eeuw en ziet er vergaand uit. Op een oude sofa neemt Raoul plaats. Ikzelf neem plaats op een stoel naast de sofa. We kijken elkaar aan, maar ondanks dat we beiden Raoul zijn, lijken we helemaal niet op elkaar. De setting doet denken aan hoe een psychiater zijn patiënt bevraagt, in een film van Tarantino. Al zou het in dit geval eerder de patiënt zijn die de patiënt bevraagt. Met het gesprek probeer ik inzicht in mijzelf, in ons, te krijgen. Hoe goed kennen we elkaar nu eigenlijk? Van waaruit vertrekt onze geschiedenis en is onze geschiedenis opgenomen in ons huidige bestaan en onze dromen?

MARK Wat ik me nu afvraag hè, Raoul, is er eigenlijk Rotterdamse gayliteratuur?

RAOUL ‘Dat is een goede vraag, Raoul. Waarschijnlijk wel, maar ik ken het niet per se. Vroeger hadden we natuurlijk Gerard Reve. Niet echt een Rotterdammer, maar hij heeft in Schiedam gewoond. Verder schiet me eigenlijk niet echt iets te binnen.’

MARK Nou, dan hoeven we ons ook niet af te vragen of er een literaire qayscene is in Rotterdam.

RAOUL ‘Er zullen hier vast wel auteurs gay zijn, ik zou alleen niet weten wie. Weet je nog dat ik voor mijn roman Jaguarman zeven jaar onderzoek heb gedaan en een hele traditie van Surinaamse schrijvers, zoals Anton de Kom en Albert Helman, ontdekte waar ik nog nooit van had gehoord?

MARK Dat herinner ik mij inderdaad nog. Zeven jaar is niet iets wat je zomaar vergeet, hè?

RAOUL ‘Tja… Maar hetzelfde zou hier dus ook van toepassing kunnen zijn. Misschien bestaat er wel een literaire gayscene in Rotterdam, maar weet ik gewoon niet van het bestaan af. Mocht het bestaan, zou ik het wél leuk vinden.’

MARK Eigenlijk net als dat ene geheime genootschap van dansende schrijvers in de jaren ’30 waarover je schreef in het boekenweekgeschenk Boto Banja.

RAOUL ‘Precies! Dat waren allemaal zwarte schrijvers die de slavernij hadden over- leefd en de wereld over trokken om het verhaal van hun voorouders te vertellen. En, bijna allemaal waren ze queer. Omdat zij niet helemaal vrij waren om te zeg- gen wat ze wilden, gebruikten ze een soort van codewoorden en begrippen die, bijna, alleen queerpersonen begrepen, alsof ze een soort van geheim genootschap waren.’

MARK Stel nou dat er een geheim literair genootschap in Rotterdam zou zijn. Welke schrijvers zouden er dan in zitten?

RAOUL ‘Mijn vrienden Sanneke van Hasselt en Daphne Huisden zou ik graag in het geheime genootschap willen, maar eigenlijk zou ik alle schrijvers uit Rotterdam willen zien toetreden. Voor mij voelt het eigenlijk alsof schrijvers sowieso al in een geheim genootschap zitten. We zitten allemaal opgesloten in onze kamertjes de wereld te observeren en sturen onze observaties dan weer naar buiten.’

MARK Toen je onderzoek deed voor je roman Jaguarman, die zeven jaar van ons leven kostte (ik wil het nog even benadrukken), ontdekte jij ook een geheim.

RAOUL ‘Het familiegeheim! Het verhaal gaat dat een van onze Surinaamse voorva- ders door krachten van het Winti-geloof op te roepen zichzelf kon veranderen in een jaguar.’

MARK Wat als jij die kracht van onze voorouder zou hebben om in een jaguar te veranderen, wat zou jij ermee doen?

RAOUL ‘Ik denk eigenlijk dat ik die jaguarkracht al heb. Niet de kracht om letterlijk in een jaguar te veranderen natuurlijk. Maar ik zou ermee doen wat ik eigenlijk al aan het doen ben: ervoor zorgen dat je in Nederland niet hoeft te zoeken naar het Surinaamse verhaal en de schrijvers daarvan. Dat het niet ergens weggestopt is in de boekhandel, maar gewoon, bijvoorbeeld, bij het plankje literatuur. Het gebeurde met mijn roman Jaguarman ook. Dat stond soms gewoon bij de reisboeken. Met de jaguarkracht wil ik over de onderdrukkers hier heenstappen, maar ook de onderdrukkers elders, door Jaguarman in het buitenland te brengen. Wat nu dus ook daadwerkelijk gebeurt.’

MARK Het Winti-geloof is ontstaan uit het geloof dat tot slaaf gemaakten uit Afrika meenamen. Dat geloof mengde zich met het protestantisme van de onderdrukker en de religie van de inheemse mensen. Naast dat het geheimzinnig is – voor buitenstaanders – is het ook erg inclusief.

RAOUL ‘Het is héél inclusief! De priesters zijn vaak ook queermensen. Queermensen worden in het Winti-geloof gezien als mensen die speciale krachten bezitten. Ze zijn zowel mannelijk als vrouwelijk en bewegen zich tussen de zichtbare en geestenwereld in. Als je als man, bijvoorbeeld, tijdens een Winti-dans in bezit wordt genomen door een vrouwelijke Winti-god, dan verandert die man op dat moment ook echt in een vrouw.’

MARK Best gek eigenlijk als je dat meemaakt, denk ik.

RAOUL ‘Het klinkt gek, maar eigenlijk lijkt het best wel op hoe wij ons voelen als we in de disco gaan dansen. Als de muziek heel goed is en de atmosfeer meewerkt, kan je ook in een bepaalde trance komen. Dan vergeet je een deel van jezelf en geef je jezelf over aan de muziek. Op zulke momenten word je overgenomen door de muziek en stijg je ook een beetje boven jezelf uit. Wat ook weer niet heel toevallig is, want de ritmes waar we nu op dansen zijn gebaseerd op ritmes die ooit zijn meegenomen door tot slaaf gemaakten die gebruikt werden om contact te maken met Winti-goden.’

MARK Grappig hoe de cultuur van tot slaaf gemaakten zich zo verspreid heeft over de hele wereld zonder dat veel mensen dat weten.

RAOUL ‘Dat is het toffe, want tot slaaf gemaakten moesten hun krachten verbergen om te overleven en op zo’n manier in leven houden dat de slavenmeesters niet doorhadden wat ze aan het doen waren.’

MARK Hé, stel je nou voor dat het zogezegde geheime Rotterdamse literaire genoot- schap voor raad zou gaan naar een Winti-priester. Wat zou het genootschap dan moeten vragen?

RAOUL ‘Nou ja, wat ze maar willen vragen natuurlijk. Maar misschien is het wel handig om voor kracht te vragen om te blijven schrijven, want dat schrijven, zoals je weet, kan best pittig zijn.’

MARK Veel mensen denken dat Winti hetzelfde is als Voodoo. En met Voodoo den- ken mensen aan voodoopoppetjes. Stel nou dat Winti die poppetjes wel zou hebben, op wie zou jij het gebruiken?

RAOUL ‘Ik zou dat nooit doen. Ik zou er heel bang voor zijn om zoiets te gebruiken. Uiteindelijk zal zoiets ook bij jezelf terugkomen. Het leven is om te bloeien en te omarmen. Zou jij het wel willen gebruiken?’

MARK Nee, ik zou ook niemand kunnen bedenken. Lijken we toch best wel veel op elkaar, Raoul.

‘Queermensen worden in het winti-geloof gezien als mensen die speciale krachten bezitten. Ze bewegen zich tussen de zichtbare en geestenwereld in. ’ – Raoul